Dolgedraaid

Dolgedraaid

2006 | 9789066657021

Omschrijving

De spontane ontwikkeling van peuters en kleuters staat onder grote druk. Niet alleen pedagogen en leerkrachten zijn bezorgd over de huidige ontwikkelingen binnen het onderwijs aan jonge kinderen, waar leerlingvolgsystemen, test- en compensatieprogrammas de overhand krijgen. Ook medisch specialisten maken zich zorgen. Meer dan vroeger zien zij hun poliklinieken volstromen met gezonde kinderen, bij wie desalniettemin een achterstand in de motorische, sociaal-emotionele of taalontwikkeling wordt verondersteld. Hieruit wordt pijnlijk duidelijk dat de variaties die bij een normaal ontwikkelingsproces horen niet altijd meer erkend worden.
In deze bundel met discussiebijdragen van deskundigen uit het onderwijs, de pedagogiek, ontwikkelingspsychologie en medische wetenschappen, wordt aandacht gevraagd voor de eigen positie en identiteit van peuters en kleuters in het onderwijs. Mogen peuters nog peuteren en kleuters nog kleuteren?

Orthopedagoog Sieneke Goorhuis-Brouwer is als hoogleraar spraak- en taalstoornissen bij kinderen verbonden aan de Rijksuniversiteit te Groningen. Bas Levering is lector Algemene Pedagogiek aan Fontys Hogescholen en hoofdredacteur van Pedagogiek in Praktijk Magazine.

‘Het kind moet erop kunnen vertrouwen dat het goed komt’

‘Het kind moet erop kunnen vertrouwen dat het goed komt’

Rutger Jan van der Gaag is sinds 2002 als hoogleraar klinische kinder- en jeugdpsychiatrie verbonden aan het Universitair Medisch Centrum St. Radboud. Als hoofd Behandelzaken van het Academisch Centrum Kinder- en Jeugdpsychiatrie Oost-Nederland houdt hij onder meer een spreekuur voor stoornissen in het autisme spectrum en een spreekuur voor second opinions. Bas Levering sprak met een enthousiaste en eigentijdse vertegenwoordiger van de professie die in de pedagogische hulpverlening een sleutelrol vervult, over veranderingen in de samenleving en ontwikkelingen in zijn vakgebied

Meer info
3,90
De verschoolsing van het kinderleven

De verschoolsing van het kinderleven

In deze bijdrage wordt een schets gegeven van de toegenomen verschoolsing van het leven van het jonge kind aan de hand van drie beleidsadviezen van de Onderwijsraad aan de Minister van OC&W. De ontwikkeling van de zogenoemde voor- en vroegschoolse educatie (VVE) is de kern van deze verschoolsing. Er wordt betoogd dat de argumentatie voor het VVE-beleid op een drogredenering berust, waarvan het begrip ‘ononderbroken ontwikkeling’ de spil vormt. Misschien moet echter in plaats daarvan het klassieke pedagogisch-psychologische begrip ‘schoolrijpheid’ in ere worden hersteld?

Meer info
3,90
Dolgedraaid (complete uitgave)

Dolgedraaid (complete uitgave)

Dolgedraaid (complete uitgave)

Meer info
9,95
Een vrolijke chaos

Een vrolijke chaos

Van iemand die beroepsmatig werkzaam is in het veld van vroege ontwikkeling, opvoeding en onderwijs verwachten we dat hij of zij in staat is de ontwikkeling van kinderen actief in een gewenste richting te sturen, waarbij een zo goed mogelijk evenwicht moet worden gezocht tussen de belangen van het kind en van de samenleving als geheel. Die sturing kan op veel verschillende manieren plaatsvinden: in de vorm van directe instructie en onderwijs, maar ook in de vorm van het aanbieden van een omgeving waarin een kind goed en prettig functioneert en zichzelf kan ontplooien. Die sturing, in de breedste zin van het woord, is gebaseerd op een goede kennis van de ontwikkeling van kinderen in het algemeen, en van specifi eke kinderen in het bijzonder. De opvoeder dient immers voortdurend keuzes te maken – bewust of onbewust – over hoe met een kind om te gaan. Op elk moment is het dus noodzakelijk informatie te hebben over wat het kind aankan, wat het nodig heeft of prettig vindt. Die informatie kan heel formeel zijn, bijvoorbeeld de score op een intelligentie of een didactische leeftijdtest, maar ook heel gevoelsmatig en intuïtief, een gevoel van wat een kind nodig heeft. De gevoelsmatige en intuïtieve informatie is buitengewoon belangrijk, maar voor de beroepsmatige opvoeder of leerkracht is die intuïtieve informatie vaak ingekaderd in een raamwerk van formele informatie van bijvoorbeeld tests, toetsen, systematische observatie en volgsystemen.

Meer info
3,90
Het maakbare kind

Het maakbare kind

Het onderwijs aan kleuters heeft een grote verandering ondergaan gedurende de laatste vijftig jaar: van ‘bewaarschool’ naar ‘ontwikkelingsgericht onderwijs’. Vroeger werden kleuters schoolrijp gemaakt door hen gehoorzaamheid te leren, te leren stilzitten en ze spelenderwijs via kindeigen activiteiten te onderwijzen. Inmiddels is de overgang gemaakt om het uiterste uit een kleuter te halen op alle gebied en worden kinderen steeds vroeger met schoolse taken en toetsen geconfronteerd. De vraag is of het een ontwikkeling is die alleen maar ten goede is of dat we onderweg ook de goede kanten hebben verloren van de oude kleuterschool.

Meer info
3,90
Hoe de kleuterschool verdwijnen kon

Hoe de kleuterschool verdwijnen kon

Over even goed de beste zijn

Op de vraag hoe de kleuterschool verdwijnen kon, is snel een verrassend kort antwoord te geven: tegen de toenmalige ingrijpende kabinetsplannen blijkt hoegenaamd geen politieke weerstand te hebben bestaan. Gegeven de heftige discussies die werden gevoerd over dit onderwerp tijdens de congressen ‘Dolgedraaid? Mogen peuters nog peuteren en kleuters nog kleuteren?’ en ‘De kleuterschool moet terug!’ in 2005 komen we, als we teruggaan naar de jaren voorafgaand aan het jaar 1981 waarin de Wet op het Basisonderwijs in de Tweede Kamer werd aangenomen, in een onverwacht rimpelloos tijdperk terecht.

De Wet op het Basisonderwijs blijkt in de jaren zeventig politiek volkomen onomstreden te zijn geweest. Politieke partijen, van links tot rechts, schaarden zich alle achter dezelfde grondgedachte. Gegeven de hedendaagse politieke tegenstellingen over allerlei onderwerpen is het voor de historicus vaak verbijsterend om, teruggaand in de tijd, tot de ontdekking te moeten komen dat de tijdgeest doorslaggevender is geweest dan de beleden politiek-ideologische tegenstellingen doen vermoeden. In het geval van de consensus over de wenselijkheid van de invoering van de Wet op het Basisonderwijs is de schok van deze ontdekking echter erg groot. Al in 1972 had de Tweede Kamer een wet aangenomen waarin was vastgelegd dat er vanaf dat moment sprake zou zijn van geïntegreerde scholenbouw. In 2005 roepen dat de kleuterschool terug moet komen, klinkt, tegen de achtergrond dat er sinds 1972 in Nederland al geen aparte kleuterschoolgebouwen meer mochten worden gebouwd, wel heel reactionair. Wat voor de toenmalige politieke consensus de doorslag heeft gegeven is niet gemakkelijk te achterhalen, maar de retorische kracht van de idee van de doorgaande 
lijn in de ontwikkeling heeft daaraan zeker in belangrijke mate bijgedragen.

Meer info
3,90
Kleuters in de knel

Kleuters in de knel

Er doet zich een merkwaardige tegenstelling voor in het Nederlandse onderwijs.
In het hoger onderwijs, met name in het hbo, zijn de eisen diffuus. De met competenties gevulde portfolio’s geven een aardig inzicht in de computervaardigheid van de student. Het kennisniveau houdt daarmee veelal geen gelijke tred. Aan basisscholen worden echter hoge eisen gesteld om objectieve gegevens betreffende de schoolvorderingen van leerlingen te leveren.
In het streven naar een kenniseconomie gaan er geluiden op om ook kleuters straks van half acht ‘s morgens tot half zeven ‘s avonds op school te stallen. 
Dan kunnen ze de hele dag onder professioneel toezicht spelen en leren. Ontsnappen aan de toezichthouders is niet mogelijk. Die staan de hele dag klaar om alles vast te leggen in hun uitdijende dossiers.
We hebben hier vandaag mensen die hoogleraar zijn geworden zonder een leerlingvolgsysteem en alle aanwezigen zijn in staat om de lezingen van vandaag te begrijpen ook zonder ooit onderworpen te zijn geweest aan een dergelijk systeem, want de apk voor kleuters, de algehele periodieke kleutercontrole, die bestond nog niet.

Meer info
3,90
Oefening baart kunst? Het jonge kind en zijn motorische ontwikkeling

Oefening baart kunst? Het jonge kind en zijn motorische ontwikkeling

Tegenwoordig stellen we hoge eisen aan onze jonge kinderen. Iedere ouder hoopt en verwacht dat zijn kind zich voorspoedig ontwikkelt en dat het in alle opzichten op zijn minst goed mee kan komen met leeftijdgenoten. Op allerlei momenten vindt bewust of onbewust controle plaats of dat inderdaad het geval is. Het bezoek aan het consultatiebureau is daarvan een goed voorbeeld, maar ook bij informele familiebezoekjes zijn de vorderingen van de jonge spruit een belangrijk gespreksonderwerp. Zodra er maar enig teken is dat de ontwikkeling niet verloopt zoals gewenst, ontstaat onrust en ongerustheid. Vrij snel wordt de weg gevonden naar een van de vele therapeuten die zich bezighouden met stimuleren van allerlei onderdelen van die ontwikkeling: bewegen, eten en drinken, slikken, praten, slapen, communiceren. Als het accent ligt op een probleem in de motoriek is de fysiotherapeut snel gevonden.

Meer info
3,90
Over de auteurs

Over de auteurs

Over de auteurs

Meer info
3,90
Schoolrijpheid opnieuw gedefinieerd

Schoolrijpheid opnieuw gedefinieerd

De huidige benadering binnen groep 1 en groep 2 van het basisonderwijs, waarbij kinderen worden beoordeeld op taalachterstanden, motorische achterstanden en emotionele ontwikkelingsproblemen, brengt het gevaar met zich mee dat normale ontwikkelingsvariaties (die soms wel twee jaar kunnen inhouden) over het hoofd worden gezien. Jonge kinderen verschillen meer van elkaar dan dat ze op elkaar lijken, zeker wanneer ze op vierjarige leeftijd de school binnenstappen. De opbouw van het neurologische netwerk voor allerhande vaardigheden is nog in volle gang. Bij kleuters gaat het om competentiegericht leren. Een competentie is een interne bekwaamheid om extern gedrag te vertonen dat voldoet aan een externe norm. Daarom zou het begrip schoolrijpheid als competentie opnieuw ingevoerd moeten worden. Schoolrijpheid betekent dat het kind voldoende competenties heeft ontwikkeld om te beginnen aan onder meer het gestructureerd proces van leren lezen, schrijven en rekenen.

Meer info
3,90
Toetsgekte en leerlingachtervolging

Toetsgekte en leerlingachtervolging

Het lijkt erop dat toetsen en leerlingvolgsystemen positief bijdragen aan de ontwikkeling van kinderen. Maar het tegendeel is het geval, zou zal blijken uit de volgende beschouwing over Montessori, Montaigne, Chinese circusartiesten, de frikandellenbonus, de total body scan en het Franse dorp St. Etienne sur Usson.

Meer info
3,90
Vooraf

Vooraf

Peuters en kleuters worden in Nederland, zowel vanuit de gezondheidszorg als vanuit het onderwijs nauwlettend gevolgd. Onderwijsachterstanden en taalachterstanden moeten preventief of in de basis (bij vroege onderkenning) aangepakt worden. Binnen het onderwijs wordt gepleit voor meer voorschoolse opvang. Verlenging van de georganiseerde educatieve tijd, zowel door de voorschoolse als de buitenschoolse periode, kan een belangrijke bijdrage leveren aan het voorkomen en bestrijden van onderwijsachterstanden (Onderwijsraad, 1998). 
Toetsing van jongere kinderen en zo nodig het opstellen van remediërende programma’s is hierbij logischerwijs een onderdeel van het onderwijsbeleid om achterstanden te voorkomen.

Meer info
3,90
Wat het jonge kind niet missen mag en de leerkracht basisonderwijs moet weten en kunnen

Wat het jonge kind niet missen mag en de leerkracht basisonderwijs moet weten en kunnen

Leerkrachten met de kleuterleidsteropleiding als achtergrond klagen dat hun jongere collega’s te weinig bagage hebben om het onderwijs in de eerste groepen van de basisschool vorm en inhoud te geven. En jonge leerkrachten geven aan dat zij zich onzeker voelen en niet voldoende hebben meegekregen van hun opleidingen om met de kleuters aan de slag te gaan. Ze vertrouwen daardoor meer op methodes en voorgestructureerde speelleermaterialen dan op hun eigen oren, ogen, handen en hun eigen intuïtie en creativiteit. Het onderwijsaanbod aan jonge kinderen dreigt daardoor te cognitief te worden en sluit te weinig aan bij hoe zij leren. 
Betekent dit dat de kleuterschool of de opleiding voor kleuterleidsters weer moet terugkomen?

Meer info
3,90