Op kindcentrum De Nieuwe Draai in Heerhugowaard is een droom werkelijkheid geworden: in 2020 begon daar een Peuterkleuter-groep, waarmee een ononderbroken ontwikkeling voor de kinderen wordt nagestreefd.
De plek waar de vroegere peuters (2 tot 4 jaar) zich bevonden in de maatschappij kon verschillend zijn. Van oudsher bestond de kinderopvang al. Deze kreeg in de tijden na de oorlog een prominentere rol in de maatschappij doordat er meer tweeverdieners kwamen in het gezin en de kinderopvang als een model diende om de kinderen op te vangen. Daarnaast zijn er sinds de jaren 60 de toenmalige peuterspeelzalen ontstaan. Over het algemeen werden deze in die tijd geleid door ouders en vrijwilligers. De focus lag vooral op spel, ontspanning en sociale interactie. In de decennia erna veranderde dit en kreeg de peuterspeelzaal een meer formeel karakter. Dit hield in dat er meer opgeleid personeel werd ingezet voor deze doelgroep en de focus werd verlegd naar de ontwikkeling van de peuters.
In de jaren 90 werd daarbij het VVE-programma (vroeg en voorschoolse educatie) ingesteld. Deze peuterspeelzalen vielen toen nog niet onder de Wet Kinderopvang, maar onder de Inspectie van het Onderwijs. Sinds 2018 vallen ze wel onder de Wet Kinderopvang en zorgt de GGD in opdracht van de gemeente voor het toezicht op het werken met deze doelgroep, waarbij de Inspectie van het Onderwijs indirect betrokken is gebleven door de kwaliteit van het VVE-programma en de aansluiting op het onderwijs te waarborgen. Op dit moment vallen dus zowel peuters op het kinderdagverblijf als de (VVE) peuteropvang-groepen onder dezelfde wet- en regelgeving. De laatste jaren is er echter steeds meer focus komen te liggen op de kwaliteit in zowel de kinderopvang als op de peuterspeelzalen. Dit wordt mede gestuurd door het maatschappelijk belang. Kinderen op deze leeftijd worden meer gestimuleerd in hun ontwikkeling dan bij het ontstaan van peuterspeelzalen in de jaren 60, toen de nadruk op ontspanning en spelen lag.