In het coalitieakkoord van het kabinet Balkenende IV van CDA, PvdA en ChristenUnie uit 2007 staat letterlijk geschreven: ‘Er zal aandacht worden gegeven aan de gevolgen van echtscheiding voor kinderen.’ Voor het eerst in de Nederlandse geschiedenis staat dit thema expliciet in een regeerakkoord vermeld en in 2007 treedt ook voor het eerst een minister voor Jeugd en Gezin aan. Sinds de jaren zeventig zijn de scheidingscijfers in Nederland relatief hoog en langzamerhand is de aandacht voor de problemen van scheidingskinderen toegenomen. Een aantal gezinsdrama’s in scheidingsgezinnen met afschuwelijke gevolgen voor kinderen heeft ongetwijfeld bijgedragen aan deze groeiende belangstelling. Opvoeding wordt in onze samenleving overigens ook steeds meer als complex en ingewikkeld gezien, zeker als die opvoeding plaatsvindt in gezinnen na scheiding. In dit hoofdstuk presenteer ik eerst een aantal cijfers en feiten over echtscheiding. Vervolgens behandel ik kort de gevolgen van scheiding voor kinderen. Daarna ga ik in op het opvoeden van kinderen in verschillende woonsituaties na scheiding: moedergezinnen, vadergezinnen en co-oudergezinnen. Ik zal daarbij ook de ‘opnieuw samengestelde gezinnen’ of beter gezegd ‘stiefgezinnen’ niet vergeten. Hoewel het gelukkig met veel scheidingskinderen goed gaat, heeft een te groot aantal van hen te maken met problemen zoals oudervervreemding en kindermishandeling. Dit heeft ernstige negatieve gevolgen voor kinderen. Een hoopvol teken is dat er steeds meer aandacht komt voor preventie. Het groeiende aantal cursussen voor scheidingskinderen, zoals Kinderen In Echtscheiding Situatie, is daar een uiting van. Ik sluit af met een korte blik op de toekomst.
(Echt)scheidingscijfers in Nederland
Nederland is een Europese middenmoter wat echtscheidingscijfers betreft. Per 1000 inwoners zijn er in ons land 2,1 echtscheidingen per jaar. Tsjechië staat bovenaan met 3,1, België, Estland en Letland scoren 3,0 en aan de onderkant zitten Italië en Spanje met minder dan 1,0 formele echtscheidingen. In de jaren 2001- 2005 zijn in Nederland ongeveer 37 000 echtscheidingen per jaar uitgesproken. Ongeveer 5000 daarvan zijn flitsscheidingen (snelle echtscheiding via een omweg zonder tussenkomst van de rechter) die sinds 2001 mogelijk zijn (zie figuur 1).