Het moderne van kindermishandeling

Het moderne van kindermishandeling

Productgroep Opvoeding als spiegel van de beschaving
3,90
Abonneeprijs: € 1,56

Omschrijving

Hoe kan het dat in een hoog ontwikkeld, modern land zoals Nederland jaarlijks meer dan honderdduizend kinderen worden mishandeld, misbruikt of verwaarloosd? Veelal wordt op die vraag een individueel, psychologisch antwoord gezocht: de betreffende ouders hebben een stoornis, relatieproblemen, zijn zelf in hun jeugd mishandeld, zijn verslaafd of pedagogisch incompetent. Daarmee zijn tegelijkertijd de belangrijkste remedies gedefinieerd: vroegtijdige opsporing, psychische hulp en opvoedingsondersteuning. Uit de kille cijfers blijkt dat kindermishandeling met die middelen alléén niet onder controle te krijgen is. Met deze individueelpsychologische benadering blijft een aantal relevante vragen onbeantwoord. Mishandeling van kinderen15 gebeurt per definitie in een sociale omgeving die wordt bevolkt door buren, familieleden, kerk- of moskeegenoten, onderwijzers, wijkagenten, buurtregisseurs et cetera. Hoe kan het dat al die omstanders niets in de gaten hebben, een andere kant op kijken of hun interventie beperken tot een telefonische melding? Gaat het om een doorgeslagen individualiseringsproces, om een cultuur van afzijdigheid, desinteresse of angst, kortom: wat is de sociale context van kindermishandeling? Wanneer die vraag ten onrechte buiten beschouwing blijft, blijft ook een aantal potentiële remedies om kinderen tegen mishandeling en verwaarlozing te beschermen onbenut.

Kinderen en modernisering

De recente geschiedenis van kinderen in de westerse wereld laat zich in vele opzichten vertellen als een verhaal van gestage vooruitgang en modernisering. Rond 1900 stierf in de meeste West-Europese landen nog ongeveer 10 tot 25 procent van alle kinderen voordat ze één jaar oud waren, tegenwoordig is dat ‘slechts’ nog een aantal promille. Dat is onder andere te danken aan de enorme verhoging van de gemiddelde levensstandaard, aan effectieve maatregelen op het gebied van hygiëne (schoon drinkwater, riolering, gezondere voeding), en aan de opkomst van de sociale gezondheidszorg (in Nederland onder meer via de consultatiebureaus voor zuigelingen en kleuters). Deze maakten de voorlichting aan ouders en de controle van kinderen tot een vanzelfsprekendheid. Massale vaccinatiecampagnes hebben ervoor gezorgd dat een ziekte als kinderverlamming vrijwel helemaal is verdwenen. Zo zijn er nog veel meer vooruitgangsverhalen te vertellen: bijvoorbeeld over de voor ieder kind gegarandeerde toegang tot onderwijs, over de humanisering van de gehandicaptenzorg, en over het feit dat er een internationaal verdrag is waarin de rechten van het kind zijn vastgelegd. De overgang naar moderniteit heeft het westerse kind dus over het algemeen geen windeieren gelegd. Wie daaraan nog mocht twijfelen, hoeft alleen maar per touristclass naar het platteland van India of Tanzania, of naar de slums van Rio de Janeiro of Manilla af te reizen, om daar met eigen ogen te aanschouwen hoe kinderarbeid, uitbuiting en honger er daadwerkelijk uitzien. Daar krijgt men een hele getrouwe indruk van de omstandigheden waarin arme kinderen in Nederland 100 tot 150 jaar geleden leefden.