Een soort ‘amfibie’ - Opvoeden in de tussenruimte van de school

Een soort ‘amfibie’ - Opvoeden in de tussenruimte van de school

Productgroep De publieke betekenis van pedagogisch denken en handelen
3,90
Abonneeprijs: € 1,56

Omschrijving

In zijn Scholen maken mensen noemt de Nederlandse pedagoog Martinus Langeveld de school een amfibie, een amfibie tussen de generaties. Volgens Langeveld is de school een ‘tussen’; de school is niet alleen een schakel tussen de generaties, maar ook tussen het gezin en de maatschappij. “Het kind heeft een school nodig om te leren wat het thuis maar bij uitzondering leren kan”, schrijft Langeveld (1967, p. 13). In de school wordt het kind in een bepaalde cultuur ingeleid, in een bepaalde gemeenschap. Het gezin kan dat niet. Daartoe beschikt het noch over de middelen, de deskundigheid of de tijd. Maar belangrijker nog: het gezin is daarvoor te specifiek, te marginaal ook. Opvoeden is een vertaling van het Latijnse educatio, dat teruggaat op educare en educere. Educare betekent grootbrengen, educere uittrekken en wegvoeren. Het gezin kan grootbrengen, maar uittrekken en wegvoeren kan het niet. Daar is een school voor nodig. De school leidt kinderen een wereld binnen die met anderen, niet alleen gezinsgenoten, maar ook buitenstaanders, wordt gedeeld; ze bereidt hen voor op een leven in de maatschappij, een leven buiten het gezin. Langeveld benadrukt dat de school “noch aan de ouders noch aan de staat volledig dienstbaar” is (Ibid.). Van beide zal zij krediet moeten krijgen om haar werk goed te kunnen doen. Langeveld breekt een lans voor de relatief autonome school. Kinderen de wereld inleiden kan alleen als de school speelruimte krijgt. Krijgt de school die niet dan wordt haar werk moeilijk, zo niet onmogelijk.