Biografie | Jan Amos Comenius

Biografie | Jan Amos Comenius

Productgroep PIP 118 - 2020
Gratis

Omschrijving

Godsdienst heeft zijn heiligen, oorlog zijn helden, film kent zijn sterren, populaire muziek haar toppers. We hebben ze groot gemaakt vanwege prestaties die we buitengewoon vinden. Ook de pedagogiek beschikt over mannen en vrouwen met een bijzondere status: onze Grote Pedagogen. Ze zijn dood, maar hun denken en doen leven voort in studieboeken, op conferenties, tentoonstellingen en bij herdenkingen. Zo iemand is de Tsjech Jan Amos Comenius. Driehonderdvijftig jaar geleden op 15 november 1670 overleed hij, 78 jaar oud, in Amsterdam. Leendert Groenendijk herdenkt hem met de lezers van PiP.

"Een beroemdheid was hij, Jan Amos Comenius, toen hij zich in 1656 in Amsterdam vestigde. De uit het Oostmoravische Nivnice geboortige molenaars- zoon had toen al een indrukwekkend aantal boe- ken het licht doen zien. Boeken om te troosten, te stichten, te waarschuwen en vooral om te beleren. 
Niet alleen voor eigen parochie had hij geschreven, maar ook voor de hele mensheid. Al eerder in 1613, 1626 en 1642, had hij ons land op doorreis aangedaan. Ditmaal zou zijn verblijf er voorgoed zijn. Nog één keer zou hij Amsterdam verlaten, om begraven te worden in Naarden. Een beroemdheid, maar ook een vluchteling.
De schrijfgrage Comenius was geestelijk leider geworden van de Unitas Fratrum (Broederuniteit), een godsdienstige minder- heid met protestantse inslag, ook wel de Boheemse en Moravi- sche Broeders genoemd. Aan het begin van de zogenoemde Dertigjarige (godsdienst)oorlog was voor de Broeders geen plaats meer in het katholieke thuisland. Een deel van de ver- volgde Broederuniteit hoopte in het Poolse Lissa (Leszno) een veilig toevluchtsoord te hebben gevonden. Ook Comenius verbleef daar, zij het met onderbrekingen van (werk)bezoeken van korte of lange duur aan andere Europese landen. In 1656 moest hij halsoverkop Lissa ontvluchten. De in 1655 uitgebro- ken oorlog tussen Zweden en Polen pakte ongunstig uit voor de partij waarmee Comenius sympathiseerde, de protestantse Zweden. Niet alleen de hoop op hun overwinning ging in rook op, heel Lissa trof dat lot, als wraakactie. Comenius moest boeken en manuscripten in de vlammen achterlaten."