Kwetsbare kinderen onvoldoende beschermd  - Toezicht bij de jeugdbescherming  en jeugdreclassering

Kwetsbare kinderen onvoldoende beschermd - Toezicht bij de jeugdbescherming en jeugdreclassering

Gratis

Omschrijving

Dit rapport gaat over kinderen met een kinderbeschermingsmaatregel en jongeren met een jeugdreclasseringsmaatregel. Voor de kinderbeschermingsmaatregel geldt dat een kinderrechter deze pas oplegt als alle mogelijkheden voor hulpverlening in het vrijwillig kader zijn uitgeput. De overheid draagt de verantwoordelijkheid om deze kinderen te beschermen tegen de bedreigingen in hun gezonde en veilige ontwikkeling, omdat ouders dit niet kunnen of omdat zij zelf de bedreiging vormen. Voor de jeugdreclasseringsmaatregel geldt dat een kinderrechter deze kan opleggen als een jongere een strafbaar feit heeft gepleegd. Ook de problematiek van deze jongeren en hun ouders is vaak complex, waardoor deze jongeren dringend zorg en ondersteuning nodig hebben. De overheid draagt de verantwoordelijkheid voor de begeleiding van deze jeugdigen, gericht op het voorkomen van recidive, de re-integratie en het borgen van de veiligheid van de jeugdige en zijn omgeving.
De urgentie is groot als de kinderrechter deze maatregelen oplegt en daarom is het noodzakelijk dat een kinderbeschermings- of jeugdreclasseringsmaatregel op integrale, deskundige wijze en zonder vertraging wordt uitgevoerd. De noodzakelijke hulp moet onmiddellijk kunnen starten. Dit rapport presenteert de resultaten van het toezicht dat de inspecties in juni en juli 2019 bij de gecertificeerde instellingen heebben uitgevoerd.

Aanleiding voor het toezicht

Zowel via berichten in de media als bij de inspecties zelf kwamen in de eerste maanden van 2019 dusdanige signalen binnen over het functioneren van de jeugdbescherming en jeugdreclassering dat de inspecties hebben besloten hun toezicht in 2019 te richten op de vraag of de gecertificeerde instellingen er op dit moment in slagen om hun wettelijke kerntaken te vervullen.


Conclusies en oordeel
De inspecties concluderen dat kinderen met een ernstige ontwikkelingsbedreiging op dit moment onvoldoende bescherming krijgen. De gecertificeerde instellingen, die hier namens de overheid verantwoordelijk voor zijn, kunnen hun wettelijke opdracht onvoldoende uitvoeren. Factoren die hierin een rol spelen zijn de zwaarte van de doelgroep, personeelstekorten, verloop en verzuim, onvoldoende direct inzetbare, passende hulp en onvoldoende financiële zekerheid. De inspecties stellen vast dat deze factoren een rol spelen bij nagenoeg alle instellingen in de hele jeugdbeschermingsketen. 
Hierover brengen de inspecties, gelijktijdig met dit rapport, een signalement uit. De inspecties vinden de wijze waarop jeugdbescherming en jeugdreclassering nu wordt uitgevoerd niet 
acceptabel en zijn van oordeel dat door het Rijk, gemeenten en instellingen ingezette maatregelen en actieprogramma’s hier op korte termijn geen adequaat antwoord op bieden.