Sedert ongeveer een eeuw ligt in de gerechtelijke reactie op jeugdcriminaliteit de nadruk op de heropvoeding van of hulpverlening aan de jonge dader. Deze aanpak is nooit zonder problemen geweest. Naast instrumentele twijfels, blijven er principiële discussies bestaan. Het debat blijft hangen in een pendelbeweging tussen een bestraffend en een hulpverlenend standpunt. In deze bijdrage onderzoeken we de mogelijkheden om daaraan te ontsnappen door de inbreng van een derde optie, de herstelrechtelijke aanpak van jeugdcriminaliteit.
Noodzaak van een nieuwe visie op de gerechtelijke reactie op delicten gepleegd door jongeren In alle Westerse landen bestaat een eigen systeem voor de gerechtelijke reactie op delicten gepleegd door jongeren. Het gemeenschappelijk kenmerk ervan is dat ze op de eerste plaats gericht zijn op heropvoeding, hulpverlening of bescherming. Bestraffing van de jonge dader komt op de tweede plaats. Overal staat deze optie onder zware druk. Samengevat komen de kritieken op het volgende neer.