In dit hoofdstuk laat Cappon zijn licht schijnen op het begrip kinderparticipatie. Hij doet dit via drie lijnen. Ten eerste put hij – als voorzitter van de Janusz Korczak Stichting – rijkelijk uit het gedachtegoed van Korczak, wiens pedagogiek draaide om gelijkwaardigheid tussen kinderen en volwassenen en het geven van grote verantwoordelijkheden aan kinderen, zodat zij al jong weerbaar worden en veel vaardigheden opdoen om als volwaardig wereldburger mee te doen. Ten tweede baseert Cappon zich op de psycholoog Roger Hart die actieve participatie recht- streeks verbindt aan democratie en burgerschapsvorming. De participatieladder van Hart is een nuttig instrument om participatie van kinderen te verbeteren in de pedagogische praktijk. Hart beschouwt het als het hoogste stadium van parti- cipatie als volwassenen en kinderen hun invloed en verantwoordelijkheden eerlijk delen. Ten derde illustreert Cappon in dit hoofdstuk vanuit zijn eigen internationale ervaringen in welke omstandigheden kinderparticipatie een kans krijgt en wan- neer daarvan geen sprake is.