In ons woonzorgcentrum Avondlicht te Dedemsvaart is de discussie actueel hoe we ons beleid moeten formuleren ten aanzien van het al dan niet reanimeren van onze cliënten. Het is van belang af te spreken hoe te handelen wanneer een cliënt een hartstilstand krijgt. Is de standaardwerkwijze dan dat het verzorgingspersoneel overgaat tot reanimeren of dient het uitgangspunt juist te zijn dat dit niet moet gebeuren? Of om in het jargon te spreken: reanimeren-ja of reanimeren-nee-tenzij... ? Graag ontvangen wij heldere adviezen hoe uit deze lastige discussie te komen omdat er bovenal duidelijkheid is gewenst. Voor onze huidige en toekomstige cliënten en onze
medewerkers.
De hogescholen profileren zich met de lectoraten steeds meer als kennisinstituten waarbinnen praktijkgestuurd onderzoek een centrale rol speelt. Ook sommige jonge afgestudeerde hulpverleners hebben in onderzoek hun passie gevonden, zo blijkt. Sozio sprak met twee van hen en een senior onderzoeker.
De kenniskring Leefwerelden van jeugd van hogeschool INHOLLAND onderzocht ervaringen met cliëntenparticipatie in drie multifunctionele instellingen voor jeugdhulpverlening in de Randstad. ‘Dialooggericht handelen is een belangrijke voorwaarde voor participatie van cliënten. Dat geldt zowel voor inspraak en invloed op het niveau van de hulpverleningsrelatie, als op het niveau van de groep en de instelling.’
Bij sociaal beleid denken we vaak aan beleid dat problemen achteraf moet repareren. Sociaal beleid is echter ook beleid dat problemen kan voorkomen. Hoe kun je de opbrengsten van sociale investeringen inzichtelijk maken? Ingrid Doorten en Marijke Mootz proberen een manier te vinden om een kosten-batenanalyse te maken. Dat is niet eenvoudig.
Vandaag de dag wordt massaal door allerlei opvoedingsen gezinsgerichte diensten opvoedingsondersteuning geboden aan ouders die opvoedingsproblemen ervaren.
Maar wat is eigenlijk de opvoedingsvraag van die ouders zelf? Nog te veel en te vaak wordt gekeken vanuit het opvoedingsaanbod en te weinig vanuit de hulpvraag van ouders, stelt Jo Franck.
De nadruk moet niet liggen op de vraag hoe de (ex-)psychiatrisch patiënt omgaat met stigmatisering,
betoogt Wilma Boevink. ‘Ik denk dat de samenleving lang genoeg het recht heeft opgeëist om niet gestoord te worden. Het wordt tijd dat we dat recht opheffen en inruilen voor iets anders: een verbod op uitsluiting en de plicht om ons mee te laten doen.’