Sozio 4 2024

Sozio 4 2024

Huiselijk geweld

2024

Omschrijving

Column Arjan Bolt: Bibberlip
 
Lachen bij ellende
Het belang van de erkenning van emotionele arbeid
 
Hij bedoelde het vast niet zo
 
Of misschien was je gewoon niet duidelijk genoeg
 
Vergeet de school niet!
De impact van huiselijk geweld op kinderen en hun welzijn op school
 
Financiële veiligheid bij huiselijk geweld
 
Van hoogspecialistische zorg naar een top integrale zorg
Jongeren van de wal in de sloot door steeds verdergaande specialisatie in de jeugdzorg
 
Werken aan duurzame veiligheid in gezinnen?
Dat vraagt om een sterk sociaal netwerk
 
Hoor je mij wel?
 
Contact na scheiding met beide ouders niet altijd vanzelfsprekend
 
Kun je met kinderen in groep 7 en 8 praten over het thema kindermishandeling?
 
Handle with care, snelle sociale steun op school
 
Hoe te handelen bij huiselijk geweld in het onderwijs?
 
Traumasensitief onderwijs in de praktijk
 
Multidisciplinair en intersectoraal samenwerken bij gezinnen die kindermishandeling en huiselijk geweld meemaakten: het betrekken van ouders en kinderen
 
Team Toekomst
Column Arjan Bolt: Bibberlip

Column Arjan Bolt: Bibberlip

De juf buigt met een geroutineerde onverbiddelijkheid over de jongen heen. Eén hand ferm op haar heupen. De andere hand kordaat met een wijsvinger priemend in de lucht. Pal voor de neus van de zevenjarige schobbejak-du-jour. Een staaltje degelijke vermaning uit vervlogen tijden. ‘Jayden, je was heel stout, dit zullen we echt aan je moeder moeten vertellen!’ Het gezicht van Jayden betrekt. Een traan druppelt uit zijn oog en rolt via het neusgootje op zijn bibberende bovenlip. ‘Nee, nee, niet doen!’ roept Jayden. De tranen stromen nu over zijn wangen, zijn lippen bibberen zowat van het gezicht af. De juf schrikt en beseft: Dit ventje is écht bang. Maar waarvoor dan? ‘Waarom wil je niet dat we het aan je moeder gaan vertellen?’, vraagt ze. Sniksprekend antwoordt Jayden: ‘Dan krijg ik hele harde klappen.’
 
En daar heb je het: Het dilemma waar menig juf bang voor is. Nooit eerder heeft deze juf bij Jayden signalen opgemerkt die kunnen wijzen op kindermishandeling. De uitspraak van Jayden, en zeker zijn non-verbale uitingen van angst, maken actie noodzakelijk. Jaydens juf besluit het voorval – iets met vechten op het schoolplein inclusief bloedneus – voor de zekerheid  maar niet aan Jaydens moeder te vertellen. Na schooltijd gaat de juf, met de intern begeleider en de directeur in conclaaf. Nog dezelfde dag belt Jaydens moeder Rita haar favoriete pedagoog. Als de pedagoog opneemt begint Rita, zonder groet of introductie, te ratelen. De pedagoog kan er aanvankelijk geen touw aan vastknopen maar merkt wel op dat Rita in paniek is. Hij zegt: ‘Rita, leuk dat je belt. Wil je nog eens herhalen wat je me wilt vertellen?’ ‘De directeur van Jaydens school heeft gebeld. Ik moet overmorgen op gesprek komen’, antwoordt Rita, die dankzij de sonore bronzen bariton van de pedagoog stante pede kalmeert. Wie heeft yoga of valeriaan nodig als je zo’n zen-pedagoog binnen handbereik hebt. Rita heeft in haar leven veel met hulpverleners te maken gehad. Haar ervaringen hebben haar wantrouwig gemaakt. Ze is ervan overtuigd dat hulpverleners, gezagsdragers en leerkrachten het zomaar op je gemunt kunnen hebben.
De pedagoog is natuurlijk de positieve uitzondering. ‘Waar moet het gesprek op Jaydens school over gaan, Rita?’, vraagt de pedagoog. ‘Dat weet ik dus niet’, zegt Rita, ‘ik heb het aan de directeur gevraagd en ze wilde het me niet vertellen. En nu ben ik bang dat ze jeugdzorg gaan bellen en m’n kind weg komen halen. Wil je met me meegaan?’ Deze hulpvraag doet de pedagoog besluiten om zijn secretariaat op te dragen voor de dag van het gesprek zijn overvolle agenda leeg te maken. Zo is hij: de pedagoog-op-afroep.
Op de dag van de afspraak lopen Rita en de pedagoog het kantoor van de directeur binnen. Daar ontdekken ze dat het een gesprek wordt met maar liefst vijf personen: Jaydens juf, de intern begeleider, een klassenassistent, de directeur en de schoolpedagoog. Jaydens juf staat op en geeft, als enige, Rita en de pedagoog een handdruk. ‘We staan al met 5-2 achter’ denkt de pedagoog-slash-rekenwonder. ‘We maken ons zorgen om Jayden’, opent de directeur het gesprek. Rita negeert de boodschap en kiest de beste verdediging: ‘Waarom hebben jullie niet gezegd waarover het gaat? Hè? En waarom zijn jullie met zoveel? Nou, zeg op, hebben jullie soms over me geroddeld?’
Terwijl Rita spreekt, probeert ze een dik gevulde multomap uit haar handtas te trekken. ‘Rita, zullen we eerst eens even luisteren wat de directeur te zeggen heeft?’, smiespelt de pedagoog terwijl hij een blik van verstandhouding uitwisselt met zijn collegapedagoog. Blikken uitwisselen. Daar hebben pedagogen voor doorgeleerd. Met een enorme ruk trekt Rita de multomap uit haar tas die vervolgens uit haar hand glipt en door de ruimte vliegt. Losse bladen dwarrelen uit de map en raken verspreid over het hoogpolige tapijt. De directeur negeert het en geeft het woord aan Jaydens juf. Zij beschrijft het voorval van de vechtpartij, de bibberlip van Jayden en diens uitspraak over klappen krijgen. De intern begeleider – ze hebben het klaarblijkelijk goed ingestudeerd – zegt: ‘Afhankelijk van het verloop van dit gesprek besluiten we of we een melding gaan doen bij Veilig Thuis.’ De pedagoog – een echt mensenmens - weet dat dit Rita’s grote nachtmerrie is. Hij vraagt zich af: ‘Welke kant gaat het nu op?’ 
Dit is een goed moment om, bij wijze van intermezzo, eens te onderzoeken of de school van Jayden de ‘meldcode huiselijk geweld’ nauwgezet volgt.
De code bestaat uit vijf stappen:
1. Breng de signalen in kaart – check
2. Overleggen met collega’s – het resultaat is de geoliede praatmachine in de directeurskamer – check
3. In gesprek gaan met betrokkenen – dat gebeurt nu – check
4. Afweging van de ernst van de situatie – check
5. Een beslissing nemen of een melding gedaan wordt – daar is mee gedreigd – dus: check
 
 
Lees verder...
Meer info
Gratis