PiP 125

PiP 125

2022

Omschrijving

‘Kleuters moet je vooral niet  onderschatten’

‘Kleuters moet je vooral niet onderschatten’

Bea Pompert zet zich al veertig jaar met springlevend enthousiasme in voor de ontwikkeling van het jonge kind. Spel waarbij kinderen de wereld verkennen en zich die toe-eigenen vindt zij essentieel. Evenals de goed doordachte bijdragen van volwassenen daaraan. Gegeven de actuele bezorgdheid over laaggeletterd- heid en ontlezing onder de jeugd benadrukt zij dat spelen geenszins tegenover leren schrijven en lezen staat: taalontwikkeling, mondeling en schriftelijk, kan uitstekend te pas komen en opbloeien in spelactivitei- ten. Bea’s inzichten komen voort uit de praktijk en theorie van het Ontwikkelingsgericht Onderwijs (OGO). Sinds de jaren zeventig en tachtig werkte ze hieraan mee; de afgelopen twintig jaar als nascholer en directeur bij het bijbehorende ontwikkel- en implementatiecentrum De Activiteit.

Meer info
3,90
De meespelende leerkracht

De meespelende leerkracht

Ondanks de wereldwijde erkenning van de waarde van spel voor de ontwikkeling van kinderen, blijft een aantal kwesties rond spel onvoldoende uitgewerkt. Is er gezien de enorme diversiteit van spel wel een omvattende de nitie van te geven? En wat is de rol van de volwassene voor de invoering van spel in de klas? Vanuit de cultuurhistorische theorie van Vygotskij werpt Bert van Oers een licht op deze vragen.

Meer info
3,90
Geven we kinderen te veel of te weinig complimenten?

Geven we kinderen te veel of te weinig complimenten?

‘Wat heb je dat ontzettend goed gedaan!’ In onze westerse samenleving zijn we ervan overtuigd dat we kinderen veelvuldig moeten complimenteren. Natuurlijk vinden kinderen het fijn om geprezen te worden, maar er klinken steeds meer tegengeluiden. Als we kinderen te veel complimenteren, maken we ze dan afhankelijk van onze goedkeuring? Krijgen ze daardoor opgeblazen ego’s? Ondermijnen we hun intrinsieke motivatie?

Meer info
3,90
Nature-nurture revisited

Nature-nurture revisited

Kan een verslag van een goed voorbereid gesprek tussen dochter en vader als basis dienen voor een diepgravende analyse van het verschijnsel humeurigheid en zo een antwoord bieden op de vraag of ouders verantwoordelijk zijn voor het slechte humeur van hun kinderen? Bas Levering gaat het na.

Meer info
3,90
Omgaan met kinderarmoede

Omgaan met kinderarmoede

In het rijke Nederland groeit een op de dertien kinderen op in armoede. Deze kinderen krij gen niet dezelfde kansen als andere kinderen. Professionals kunnen veel voor deze kinderen en hun gezinnen betekenen. In een drieluik aan handreikingen – voor scholen, het sociaal domein en de jeugdgezondheid – geven Annelies Kassenberg en Mariëtte Lusse handvatten voor het omgaan met kinderarmoede. In dit artikel gaan zij specifiek in op de handreiking voor professionals in het sociaal domein.

Meer info
3,90
PiP 125 (complete editie)

PiP 125 (complete editie)

Inhoud PIP 125

06 ‘Kleuters moet je vooral niet onderschatten’
12 Omgaan met kinderarmoede
16 Geven we kinderen te veel of te weinig complimenten?
22 De meespelende leerkracht
28 Samen Oplopen
34 Nature-nurture revisited
42 Veerkracht

& verder
3 Redactioneel 21 De casus 27 Generatie M 33 Koops over onderzoek 40 Kunststukjes 47 Warm aanbevolen 51 Agenda + Volgende keer + Service 52 Opvoeden op school

Meer info
9,95
Samen Oplopen

Samen Oplopen

Een positief stimulerend opvoedklimaat en vooral een ondersteunend sociaal netwerk van het gezin zijn voor kinderen cruciaal om gezond op te groeien. Bij  gebrek daaraan wordt bij  dure professionele jeugdhulp aangeklopt voor ondersteuning. Samenwerking tussen professionele hulp en vrij willigers zou het ondersteunende netwerk van hulpvragers kunnen versterken en daarmee hun positie verbeteren. Dat is wat het programma Samen Oplopen beoogt. We inventariseerden hoe dat programma in de praktijk werkt.

Meer info
3,90
Veerkracht

Veerkracht

(biografie)

Norman Garmezy wordt gezien als de grondlegger van het onderzoek naar veerkracht, een concept dat verklaart waarom kinderen hun negatieve ervaringen zoals verwaarlozing en mishandeling al dan niet overwinnen.

Garmezy onderkende drie modellen waarmee naar het concept veerkracht kan worden gekeken:

- het compensatiemodel: als het kind veel stress ervaart en weinig competent is, kan dat worden gecompenseerd door steun van anderen. Bijvoorbeeld een liefdevolle oma of een hartelijke buur;

- het weerbaarheidsmodel: persoonlijkheidsfactoren en gezinskenmerken helpen de stress te verminderen van het leven onder maatschappelijk ongunstige voorwaarden (armoede);

- het uitdagingsmodel: uitgegaan wordt van een curvilineaire relatie tussen stressoren en aanpassing; te veel stress vermindert de veerkracht, maar bij te weinig stress ontwikkelt zich ook geen veerkracht, omdat het kind te weinig wordt uitgedaagd.

Meer info
3,90